Sam is 1 jaar en 2 maanden jong en begint voor het eerst een kleine woordenschat te ontwikkelen. Het cliché wil dat kinderen beginnen met ‘mama’ en ‘papa’, maar Sam heeft daar maling aan. Die start met een hele andere vocabulaire.
Eén van de eerste woorden die hij zich eigen maakte, is het woord ‘bal’. Hij kraait het iedere keer met veel enthousiasme uit zodra een rond object zich binnen gezichtsafstand bevind.
‘Dag’ zeggen beheerst hij, evenals een vertederend ‘ja’ en een resoluut ‘nee’. Onlangs is daar een verontwaardigd ‘oh nee!’ bij gekomen. Hij roept dat moet grote regelmaat, namelijk als hij zelf iets omgooit of vies maakt.
Zijn luier is natuurlijk ‘bah’. Zijn favoriete tekenfilmserie Billy en Bam Bam duidt hij met ‘ba-ba’. De nieuwste toevoeging aan deze woordenschat zijn de woorden ‘kaas’ en ‘koek’. Beide etenswaren is hij dol op. Hij is geïntrigeerd door boekjes, die hij netjes ‘boek’ noemt. Vooral één van Mickey Mouse is zijn favoriet, met ‘mouse’. Een hond heet ‘woef’.
Maar zijn meest gebruikte en universele woorden zijn op dit moment ‘die’ en ‘dees’, met een gestrekt vingertje erbij om aan te wijzen waar zijn interesse naar uitgaat.
Ik ben benieuwd welke woorden er nog meer bij gaan komen en hoe vlug dat zal gaan. Hij begrijpt al veel meer dan hij zelf kan zeggen, dus wie weet gaat het snel. Volgende stap zijn woorden met meerdere lettergrepen, en natuurlijk zou een lief ‘papa’ me ook wel bekoren.